Individuele oefening: Rust in je hoofd – omgaan met piekeren bij autisme
- Gert de Heus

- 19 jul
- 4 minuten om te lezen

Piekeren is vermoeiend. Zeker voor mensen met autisme, waarbij gedachten zich kunnen vastzetten en blijven rondmalen. Deze training helpt je om grip te krijgen op je gedachten met praktische, visuele en vriendelijke tools. Je leert:
Wat piekeren is en waarom het bij autisme anders werkt
Hoe je jezelf kunt kalmeren met grounding-technieken
Hoe je keuzes maakt zonder te verdwalen in je hoofd
Hoe je je gedachten kunt reframen
Hoe je piekermomenten leert herkennen met een thought tracker
Deel 1: Begrijpen wat piekeren is
Piekeren is als een vastgelopen gedachte-trein. Bij autisme kan dat komen door:
Overprikkeling
Moeite met loslaten
Sterke behoefte aan controle
Angst voor fouten of sociale situaties
Herken je dit? Dan ben je niet alleen. En er zijn manieren om hiermee om te gaan.
Deel 2: Grounding-technieken – terug naar het nu Box Breathing
Adem in – vasthouden – uit – vasthouden. Vier tellen per stap. Herhaal vier keer. Gebruik een visuele timer of animatie.
5-4-3-2-1 Techniek
Noem:
5 dingen die je ziet
4 dingen die je voelt
3 dingen die je hoort
2 dingen die je ruikt
1 ding dat je proeft
Pas aan naar 3-2-1 als dat fijner is.
Clench & Release
Span je handen of voeten. Houd vast. Laat los. Voel de ontspanning.
Power Statements
Zinnen die je helpen: “Ik ben veilig.” “Ik doe mijn best.” “Ik mag fouten maken.” Maak je eigen kaartjes met jouw zinnen.
Deel 3: Beslissen zonder overdenken – de beslismatrix
Maak een tabel met:
Criteria die jij belangrijk vindt (bv. voorspelbaarheid, energie, plezier)
Geef elk criterium een gewicht (1–5)
Beoordeel je opties per criterium
Vermenigvuldig score × gewicht → hoogste totaalscore = beste keuze
Voorbeeld: kies tussen een feestje, thuis blijven of één-op-één afspreken.
Deel 4: Reframing – anders kijken naar je gedachten
Stel jezelf nieuwe vragen zoals:
Wat zou ik tegen een vriend zeggen?
Wat is het tegenovergestelde van mijn gedachte?
Wat kan ik hiervan leren?
Wat is mijn eerste stap?
Gebruik deze vragen om vastzittende gedachten los te maken en ruimte te creëren.
Deel 5: Thought Tracker – leer je piekermomenten herkennen
Een "thought tracker" kun je in het Nederlands vertalen als een gedachtenlogboek of denktracker. Het is een hulpmiddel waarmee je je piekergedachten leert herkennen, structureren en begrijpen. Gebruik een tabel met:
Datum
Situatie (wie, wat, waar, wanneer)
Je gedachte (wat ging er door je hoofd?)
Type overdenken:
Rumination (blijven herkauwen)
Future-tripping (doemdenken over de toekomst)
Analysis paralysis (niet kunnen kiezen)
Anders
Tip: vul dit dagelijks in, of na een stressmoment. Zo bouw je zelfinzicht op.
Voorbeeld van invulvelden
Afsluiting: Jij hebt de tools
Je hoeft piekeren niet te stoppen. Maar je kunt leren ermee om te gaan. Met ademhaling, structuur, nieuwe vragen en zelfinzicht kom je dichter bij rust. Kleine stappen maken een groot verschil.
Theoretisch kader – Piekeren en autisme: een neurodivers perspectief
Piekeren als cognitieve stijl
Piekeren wordt binnen de psychologie vaak gedefinieerd als een repetitieve, negatieve gedachtegang gericht op mogelijke problemen of fouten. Bij mensen met autisme is piekeren niet alleen een symptoom van stress, maar kan het ook voortkomen uit specifieke cognitieve en neurobiologische kenmerken zoals:
Verhoogde informatieverwerking: Autistische personen hebben vaak een intensere focus op details, wat kan leiden tot over-analyse.
Cognitieve rigiditeit: Moeite met schakelen tussen gedachten of perspectieven vergroot de kans op vastzittende denkpatronen.
Sensorische gevoeligheid: Overprikkeling kan gepieker uitlokken of versterken, zeker bij onverwachte situaties.
(Bron: Mazefsky et al., 2013; Laurent & Rubin, 2004)
Piekeren binnen het neurodiversiteitsmodel
Binnen het neurodiversiteitsmodel wordt piekeren niet primair gezien als een ‘probleem’, maar als een uiting van een alternatieve manier van denken en beleven. Autistische mensen hebben vaak een diepere verwerking van emoties en gebeurtenissen. Daarom is het belangrijk om ondersteuningsvormen aan te bieden die:
Niet pathologiseren, maar ruimte geven aan de intense beleving
Visueel, concreet en stapsgewijs zijn
Autonomie bevorderen in het omgaan met gedachten
Interventies: Waarom deze aanpak werkt
De gekozen technieken in deze training zijn gebaseerd op evidence-based principes uit de cognitieve gedragstherapie (CGT), ACT en mindfulness, maar vertaald naar autismevriendelijke formats:
(Bronnen: Hayes et al., 2016; Van Steensel et al., 2011)
Ontwikkeling van metacognitie en zelfregulatie
Een centraal doel van deze training is het versterken van metacognitie: leren denken over je denken. Voor mensen met autisme is dit geen vanzelfsprekende vaardigheid, maar juist een krachtige groeifactor. Door te oefenen met reflectie, keuzeprocessen en het herkennen van piekerpatronen, ontstaat meer grip en zelfinzicht.
Dit bevordert:
Zelfvertrouwen
Emotionele regulatie
Autonomie in dagelijkse situaties




Opmerkingen